Politiek is een gek ding. Van de buitenkant lijkt het alsof er weinig tot geen actie is. Gelijk niemand iets onderneemt. Gelukkig is dat maar een vuige gedachte. Want binnen de raadszaal en in de meeste partijlidhoofden borrelt het continu als in een menselijk darmenstelsel na een ietwat te copieuze en overvloedige maaltijd als bijvoorbeeld Chile con Carne, waarbij het onmiskenbaar gastrische hoofdbestanddeel (bruine bonen) in een nimmer verflauwend proces 24/7 wordt omgezet tot excrementen.
Het is verheugend te zien dat bij politiek dit afbraaksysteem andersom functioneert. Hier worden aan de lopende band (soms schier onuitvoerbare) opdrachten juist omgezet tot een mooi product waar stad en bewoners bij zijn gebaat. Al lijkt het soms van niet, toch is dat zo.
Wie de politiek een goed en actief hart toedicht, omdat schreeuwen langs de zijlijn nu eenmaal nergens toe leidt, is Ben Vuijk. Als ex-horecaman en cultureel stadsbewaarder, alsmede organisator/oprichter van vele evenementen en wat al niet meer, besteedt hij talloze uren aan het uitdragen en liefst ook uitvoeren van zijn creatieve ideeën. Dat doet hij nu al enige jaren vanuit het politiek gedachtegoed van ONS.Vlaardingen dat - en zeker op dit punt - nauw aansluit bij zijn stad verfraaiende plannen.
Omdat hij tijdelijk zijn raadsledenstokje node heeft moeten overdragen aan Thom van Vugt en dus geen pluche heeft om op te rusten, trok hij er onlangs met De Vlaardinger op twee wielen op uit om de stad nogmaals en gezeten vanachter de brede journalistieke rug van deze digikrant zijn licht nog maar eens te laten schijnen over wat de Schelvispekelenclave allemaal zo mooi zou (kunnen) maken.
Verslag in vogelvlucht vanaf een antieke Harley-Davidson.
Ben Vuijk: Monoloog zonder windruis
‘Als oer-Vlaardinger, want zo voel ik me na ruim zes decennia toch echt, met de voeten in de culturele stadse klei, die weet van uitgaan en oog heeft als het gaat om wat mensen willen (zien) blijf ik erop hameren dat het geen hogere wetenschap is om Vlaardingen weer op een aanvaardbaar tot mooi peil te brengen. Dat kan en zonder al te grote financiële bokkensprongen te hoeven maken. Bart Bikkers kan gerust zijn: de wethouder hoeft niet overdreven de nog altijd matig gevulde stadse knip te trekken en leningen aan te vragen om mijn ideeën gestalte te geven. De meeste uit te geven euro’s kan hij zó uit de in de kontzak van zijn pantalon residerende portefeuille trekken.’
Vuijk is de stellige overtuiging toegedaan dat, en zeker als het bedrijfsleven in zekere mate faciliteert, nog vóór de stad medio mei 2023 officieel 750-jaar jong is, die er aantrekkelijk en patent uit kan zien. Gloriëren zelfs, als ooit tevoren. Hij is op dit punt blij als het oudere kind, dat nog altijd in hem schuilt: ‘Met burgemeester Bert Wijbenga, ’s mans initialen staan bijna garant voor het gehele B&W, hebben we een enthousiast pleitbezorger van stadopbeurende ideeën. Zo heb ik het idee dat als de overige collegeleden ook maar iets van zijn enthousiasme in zich zouden meedragen Vlaardingen snel Een stad van vooruitzichten is, waar het nu al genieten is. Dat Vlaardingen bruist vind ik een foute voorstelling van zaken. Cola bruist ook, als je de fles net openmaakt. Maar binnen de kortste keren is het flauwe meuk waarin geen sprankeltje “bruis” meer valt te ontdekken.
Helletocht per H-D
Vanuit gehelmd 50 kilometer(of minder) perspectief pruttelen we van huis uit eerst langs het ex-Sprijpand. Vuijk: ‘Als alle vooruitzichten kloppen wordt er volgend jaar actie ondernomen hier appartementen te maken. Eindelijk. Kan mooi in 2024 of 2025 de Tour de France hierlangs worden geleid. En als er één beeldbepalend pand over de restauratieve dam is volgen er hopelijk meer.’
We passeren de Westhavenplaats en gaan rechtsaf de Schiedamseweg op. Max Verstappen ontbreekt. Er wordt eens niet geracet. In mijn spiegel zie ik dat Ben Vuijk omhoog wijst naar de vier gekleurde drolletjes op lantaarnpalen en ook glijdt zijn wijsvinger langs de (nu nog) saai witte spijltjes. ‘Daar moet kleur en zichtbaar licht in,’ brult hij harder dan noodzakelijk. Het is dan wel een Harley, maar van geluidsoverlast geen dB te veel.
We begeven ons over de Hofsingel. Daar waar de buurt een prima uitzicht en gehoorgang heeft op floraal groen en “faunetisch” gekwaak, zeurend beh of meh en meest luchtig getsjilp. Niet enkel vanwege de niet te missen drempels de moeite van het stapvoets gaan de moeite meer dan waard. Vuijk grijnst als we de locatie van het van gemeentewege mislukte dubbele schoolplein passeren. Hij houdt van gehonoreerd burgerinitiatief als de insteek hout snijdt. In de verte, zo wijst zijn rechterhand, veel gras waarop een muziektent kan.
Over de dijk richting Park ’t Nieuwelant. In de hoek nabij het spoor stoppen we even en roken als schoorstenen onze Camel en een Zware van de Weduwe. Vuijk is blij van zijn hoofdeksel te zijn verlost. Emotierijk kijkt hij naar de ex-kantine van zijn cluppie De Hollandiaan: ‘Mooi he? Nog altijd. Kijk nu dat ronde raam. Dat alleen al is een bezoekje waard.
Dan is het tijd voor een ander voormalig sportgebeuren. We tuffen naar de Zwanensingel. Daar waar HVO decennialang kleedkamer, kantine en bovenal sportveld hield. Vuijk: ‘Gemiste kansen hier. Eerst kan de gemeente gratis doelen ophalen dan wordt een investeerder de deur gewezen die miljoen wil investeren in grondgebonden woningen voor ouderen met een beetje geld en met een chronische afkeer van traplopen.’
Het rondje Holy levert weinig nieuwe gezichtspunten op. Volgens Vuijk is hier weinig mis: ‘Ruim van opzet. Veel groen. Voldoende winkelaanbod. Mooi om hier te wonen.’
Terug onder de rijksweg door gaat het rechtsaf de dr. Moermanweg over op naar het spoor. Vlak voor deze lage lange trap bij Shell een tank benzine van nog altijd een eurootje of twee de liter. Over de rails wederom naar rechts. We passeren het terrein van kranenmogol Van Adrichem. Laven ons aan de nieuwbouw van Mol Sloopwerken en vergapen ons aan het gestructureerd uitdijende en milieuvriendelijke tankpark van COUNT. Dan zien we Mariflex en buurman Beelen. Vlaardingen blijft in ontwikkeling. West van Industriepark De Vergulde Hand een snel als een bonenstaak uit de grond groeiend dorp dat best als Klein-Oekraïne op de kaart kan. Vuijk mompelt mopperend iets van: ‘Dat kan en moet toch ook voor ons eigen uitvliegend kroost kunnen!’
Van de voorgenomen Waterharmonica, die het blauwalgenwater van de Krabbenplas moet doen vergeten, nog geen spoor. Vuijk: ‘Verkeerde prioriteiten. Nu gaat er weer een jaar voorbij waarbij niet kan worden gezwommen.’
Als we het viaduct richting DVO’32 en de dus de Marathonweg onderlangs slechten kraait Vuijk van plezier als hij de memorabele foto anno 1018 ziet waarop, naast enige minder belangrijke stadgenoten, deze journalist vervaarlijk richting Westwijk tuurt.
‘De Westwijk is op zijn mooist aan de dr. Wiardi Beckmansingel. Mooie winkels, ruim van opzet en … gratis parkeren! Dat zouden meer Vlaardingse wijken moeten doen. Aan de Floris de Vijfdelaan wordt nog altijd gebouwd. Tegenover komt een sporthal. De Westwijk krabbelt omhoog. Nu de Floris de Vijfdelaan zelf nog. Hier wordt, volgens de gemeente voor zo’n eurootje of twintig per strekkende meter een midden-rand in-gefreest en vastgezet. En gij geleuf da!’ Vuijk schatert en hoest als een insect zijn mond als hangar gebruikt.
We rijden nog wat onlogische maar bewonderenswaardige rondjes door de stad. Het lijkt de gemotoriseerde versie van de Haring & Bier Wandeltocht wel. Nu we Vlaardingen uit en te na hebben begluurd is één ding zeker: ‘Bart Bikkers c.s. kunnen aan de slag. Voor niet al te veel geld jubileert de stad volgend jaar keurig netjes in het pak. Een maatkostuum desnoods.
Fotografie
Ank Joore-Steenbrugge
Fotobewerking
Wil Bot | Thom van Vugt