Waarman’s ogenblik

Verkiezingen kruipen over kiesdrempel

Verkiezingen kruipen over kiesdrempel

‘Geen mens doorstaat een grondig onderzoek. Laat staan een politicus,’ zei een heer die het weten kon tegen Waarman. Hij (de ex-politicus en vechtersbaas van adel) was zelf al geen toonbeeld van ongeschonden blazoen, maar toonde zich immer bereid om de stad Vlaardingen als een Baron von Münchhausen (*) uit deze of gene negatieve spiraal uit het moeras van onkunde, onwil en omkoping te trekken.

Waarman voorzag een column en trakteerde de heer op een bakje troost bij Café de Waal. De buitenverwarming brandde en het was heerlijk mensen kijken tussen alle (naamloze) ontboezemingen (die hun embargotijd reeds lang voorbij waren) door.

Na suiker te hebben toegevoegd en het bakje koffie goed te hebben geroerd, teneinde de natuurlijke zoetstof door het bittere bruine vocht te mengen, draaide Waarman een Zware van de Weduwe en luisterde aandachtig naar Karl Friedrich Hieronymus.

‘Waarop ik doel,’ aldus de pocher, ‘is dat er zich nu weer een hele trits politieke kandidaten opwerpt om gemeenteraadslid of, erger nog, wethouder te worden. Je hebt de kwartjeszoekers: de armen van geest die geld ontberen en zo minimaal een bijdrage van zo’n €1.500,- netto bovenop de uitkering kunnen plaatsen. Daar heb je in de praktijk niets aan. Er zijn ook idealisten die van Vlaardingen denken een Wonderland te kunnen maken. Die zijn lief en aimabel, maar naïef. Zo af-en-toe meldt zich een politiek talent. Die richt zich niet zelden direct op Den Haag, Brussel of Straatsburg om aldaar het dorpse geleerde tegen nog beter geld (inter)nationaal uit te venten. Tot slot zijn daar de herintreders, lijstduwers en ex-gedienden. Die denken met hun kennis een clubje groenzoeters van leiding te voorzien en niet altijd geschiedt dit geheel onbaatzuchtig.’

Waarman en K.F.H. von Münchhausen zwegen tijdelijk. Ze rookten zwijgend als om de monoloog met dialogische onderbrekingen van de columnist te laten bezinken. De scribent volhardde nu al ruim vier decennia met zijn zelf gedraaide Zware Van Nelle terwijl de van oorsprong Duitse edelman een dikke bolknak tussen de lippen placeerde en onophoudelijk blauwachtige rookwolkjes richting firmament zond als een indiaan een boodschap.

Toen: ‘Maar goed, dat alles is van geen belang en aan iedere kandidaat kleeft wel iets van onvolkomenheid. Dat is niet gek, want ook een politicus is in zijn of haar, want vlak ook de vrouwen niet uit, wezen een corrupt mens. Compleet met graaizucht, kuipersgedrag en machtswellust. Edoch, trek je dar niets van aan; het is van alle tijden en het heeft iedere openbaar bestuurde plaats of bestuurd land gemaakt tot wat het is en dat is niet in alle gevallen prut of drek. Er zijn ook goede voorbeelden al weet ik er nu niet zo snel eentje te geven.’

Weer rookwolkjes. Elk van ander pluimage.

Toen: ‘Wat iedereen vergeet is dat aan elk mens wel iets van onvolkomenheid kleeft. Daarvoor hoef je niet in het, in dit geval, stadsbestuur plaats te nemen. Het is bekend dat met name wethouders gevoelig zijn voor de verlokkingen des levens. Zij verkeren dan ook continu in de positie om zwart en onder tafel geschoven goed gevulde enveloppen te incasseren voor deze of gene bewezen of te bewijzen dienst. Anderen delen graag het bed met mindere goden uit de raad of wisselen slechts kussen uit in fietsenhok. En er zijn er die familieleden bevoordelen met een hoge functie of een onterecht verkregen woning. Dit in het kort om aan te geven waar bestuurlijke mogelijkheden liggen tot zelfverrijking en pure genotzucht, verkregen vanuit vleselijke ondervinding. Voor een raadslid zijn de mogelijkheden schier minder. Die kunnen onaangekondigd en niet gemeld bij hun baas de gemeente klussen aannemen. Noem het politiek zwartwerken.’

Het tweemaal tweede bakje koffie verscheen ter tafel. Het zonnetje brak manmoedig door het grijze en grauwe wolkendek als blijk van aanval op het meest treurige winterweer. Het voorjaar won het almaar van de donkere maanden om later weer ten onder te gaan aan zomers geweld.

Aan het eind van zijn betoog zei K.F.H.: ‘Kortom: het getuigt van een grote onzinnigheid politici weg te sturen vanwege een sociale misstap. Als je alle kandidaten stuk-voor-stuk voor het voetlicht houdt is er aan Jan-en-Alleman, en aan elke Truus de Mier wel iets mis. De ene slaat zijn vrouw, terwijl de ander weleens iets ontvreemd bij een grootgrutter. Zo is er meer. Maar je snapt de boodschap ongetwijfeld. Daarom adviseer ik eenieder die daar niet mee leven kan reeds nu al de handel en wandel van elke kandidaat nader te beschouwen en de rotte appels vast uit de voorgenomen appelmoes te weren. Niet wachten tot Jan en Truus zijn geïnstalleerd. Dat komt de ware bestuurskracht nimmer ten goede.’

Von Münchhausen stond op, rekende af, gaf Waarman een welgemeende hand en vertrok met zijn van onterecht verkregen gemeenschapsgeld limousine naar Bodenwerder in het Weserbergland om aldaar te volharden in zijn opschepperige leugenachtige verhalen. Het vermocht Waarman allemaal wat. Die geloofde van meet af aan al geen woord van zijn, tegen alle mores in, toch boeiend en vermakelijk betoog. Hij wist al jaren beter ...

02-02-2022