Reactie Jeroen ter Brugge (Vlaardinger en verbonden aan het Rijksmuseum, Amsterdam): ‘Volgens mij refereert de oorspronkelijke houten lichtbaak op het Westerhoofd aan Van Speyk. Het huidig monument stamt uit de jaren ’50 van de vorige eeuw. Het zou min-of-meer een kopie zijn van het origineel dat in 1831, kort na het … de lucht in … werd opgericht.
In heel Nederland bracht de wanhoopsdaad van Van Speyk, die en passent ook verscheidene opvarenden naar de andere wereld hielp, grote euforie teweeg: een held was geboren. De laatste tijd kijken we hier genuanceerder tegenaan.
Persoonlijk vind ik Van Speyk niet zo’n held. Hij liet zijn schip afdrijven, kanonneerboot 2, afdrijven naar de vijandelijke oever. Hij had minimaal zijn schip kunnen verdedigen of de bemanning in veiligheid brengen.
Het verhaal riekt meer naar de 19e-eeuwse zucht naar nationaal heldendom dan dat het waardering voor een tactisch hoogstandje betreft. Van Speyk vernoemen als Vlaardings eiland is zeker in deze tijd van twijfelachtig allooi en siert de gemeente niet als hieraan wordt vastgehouden.
Daarbij: de binding Van Speyk/Vlaardingen bestaat uit een postuum geplaatste lichtbaak uit nota bene de jaren ’50. De geboren Amsterdammer koppelen aan je stad getuigt van een flinterdun houvast. Ik weet wel beter alternatieven.’
Jeroen ter Brugge: ‘Een ingezonden brief uit 1919 bevat geen bestaande naam voor dit stukje Vlaardingen, maar behelst al een gevoel er een typering aan te geven die het oproept. Doordat de brug vaak open stond, waren de “eilanders” vaak geïsoleerd. Net als de overwinteraars op Nova Zembla 400 jaar eerder.
Ik meen dat er in de jaren rond 1950 een koelhuis/ijsfabriek stond met die naam. Het koelhuis aan de KW Haven zz heette de IJsvogel. Toepasselijk.
De KW Haven was tot 1926 een eiland. Eentje met een open verbinding met de buitenhaven. Toen de brug was verwijderd en de verbinding gedempt ontstond ter plekke het Grote Visserijplein en kwam een eind aan het stads isolement.’