‘Na de Tweede Wereldoorlog duwde de mens de ontwikkeling van noviteiten en een niet te missen digitalisering pas goed in de hoogste versnelling. Nu is het zo dat diezelfde digitalisering juist de mens duwt richting beperking persoonlijke vrijheid. De wereld gaat aan de door de Wachters uitgevonden Nieuwe Wachters ten onder.’
Voor een keertje was het doodstil in Café Helmers. Je hoorde slechts het (soms raspende) ademen van klanten en dienster Caroline. Dat nam niet weg dat ieder spreekwoordelijk ademloos luisterde naar de ontboezemingen van de wijkgebonden Dokter Weetal. Een niet al te notoir drinkmannetje dat had gestudeerd aan de Universiteit van Amsterdams en daarbij nog altijd druk was met een graad in Hogere Straatwijsheid.
De meeste klanten waren de champagne, aangelengd met van vet druipende oliebollen en appelflappen nog altijd kotsbeu. Iemand had nog voor de kerst en jaarwisseling gepleit voor een appelflappentapper. Zowel de gezamenlijke banken als Caroline hadden op dit voorstel negatief gereageerd.
De sfeer was van: “Kom maar op met je Nieuwjaar!” Nu de vorige 365 dagen in een vuurwerkelijke mum van tijd waren omgewisseld voor evenzovele andere bleef er van dat rebelse gedrag weinig over. Er heerste een ongekende neerslachtigheid en zelfs vers getapte pils, zilte Laphroaig en ijskoude jenever bleven relatief ongemoeid. Het leek of Inca’s alsnog hun gelijk behaalden en de aarde binnenkort niet langer rond of plat was, maar onbewoonbaar en kapot als een op een stenen vloer van grote hoogte neergesmeten gloeilamp.
Iets of iemand piepte als een muis in doodsnood. Het bleek de voordeur die snel open en dicht ging. Er kwam een op hooggehakte pumps heupwiegende naakte dame binnen. Hoewel naakt … ze had een bontjas aan die een Eskimo of Inuit ter plaatse deed verharden en waarop iemand kennelijk juist nu nog nadruppende rode verf had uitgegoten. Bont: het mocht kennelijk nog steeds niet van Veganistisch Nederland. Buiten stond een boos lid van de PvdD ingevroren met een spandoek met de tekst: WEG MET JAMEZ! doodstil in de lucht. Zij zweefde een rondje of wat rond de leestafel en zette zich uiteindelijk bevallig neer op de enige lege kruk; die naast Ton Lebbink. Ze bestelde een glas Mongoolse gegiste Merrymelk op de rotsen. Caroline ging naar achteren en haalde een melkbus waarin de Airag vrolijk lustig klotste.
‘Mongoloïde melk is goed voor elk,’ neuriede een drummende reclameman in tulpformaat. Normaal was hij een man van wijnig woorden en je moest de rededelen dan ook meest tussen zijn snorpunten onder zijn baret, als een caravan die geen zin had in vakantie, vandaan sleuren.
De moderne Magic Nana keek hem vuil aan en gooide met een polsgebaar dat professie verried een volle asbak in zijn tanige giechel. ‘Ga je grijze facie omspoelen,’ zei ze monotoon maar met een vibrato dat er wezen mocht. De wijnman droop af door de toiletdeur.
De spanning was gedurende 2.13 minuut om te snijden. Zwijgend nam zij een slok van de melk. Toen openbaarde zich een glimlach van Hoek van Holland tot Den Helder zo breed. Ton Lebbink zag dat het witte goedje in haar vuurrood gestifte mond golfde zoals topsurfers dat wensen; zonder ook maar een drup te morsen. Iemand applaudisseerde na te zijn opgestaan. Een kroeg brede ovatie volgde. Mensen vielen elkaar juichend om de hals. De vreugde om de mislukte feestmaand december was als bij toverslag verdwenen.
Mensen spraken als vanouds. Hier en daar een flirt. Caroline zette de tap open en vulde Amsterdammertjes bij de vleet. De tof en brutaal ogende dame zette zich temidden het edelen Vijftal Vrienden en gunde een handvol daarvan een blik tussen haar rails.
De ex-filmjournalist stortte kwijlend ter aarde.
Het oude baasje in ketelpak kreeg ontzettend de hik.
Dominee Douwe Dogma nam zichzelf in ijltempo de biecht af.
De handelsreiziger uit de Achterhoek vergat zijn Laphroaig te drinken.
Ton Lebbink dacht hardop: ‘Laat de boeren maar dorsen.’
Caroline zuchtte, controleerde de kassalade en wist met pijn en moeite een glimlach op haar grimmig gelaat te toveren: al-met-al was 2022 toch best begonnen.
UITGESTORVEN
de orgelman
het pierement
de leesmapman
de vuilnisman
de typiste
de koffievrouw
de werkstudent
de stoepier
de putjesschepper
de huisvrouw
de poppenkast op de Dam
de Friese doorloper
sokken stoppen
truien brijen
U zeggen
de Elfstedentocht
Gedicht
Ton Lebbink (2014)
Tekst
Peter Joore
Fotografie
Beaty Czetö