Historicus Robin te Slaa beschrijft in zijn boek ‘De Rapaille Partijen’ hoe de Nederlandse democratie in het interbellum (de periode tussen de Eerste en Tweede Wereldoorlog) werd aangetast. Het parlementaire stelsel was omstreden en er bestond in die jaren als onderstroom in de samenleving veel wantrouwen tegenover politieke partijen. Onder de kiesgerechtigden waren groepen die de parlementaire democratie principieel afwezen en geen gebruik wilden maken van het recht om te stemmen. Zij waren tegen de stemplicht.
De Rapaille Partij, begonnen in Amsterdam, maar later ook actief in onder andere Rotterdam, was opgericht door een gemengde anarchistische beweging: vrije socialisten en non-conformistische Amsterdamse kunstenaars waaronder Club Dada, maar ook extreemrechtse antidemocraten sloten zich erbij aan. Kortom, al die Rapaille Partijen hadden een veelkleurige samenstelling en bovendien een nogal uiteenlopend eisenpakket.
De Amsterdamse Rapaille Partij bijvoorbeeld had standpunten als vrij vissen in het Vondelpark en bier en jenever voor vijf cent. In de hoofdstad was er in 1921 een verkiezing voor de gemeenteraad. De Rapaille Partij kreeg twee zetels, waarvan er één ging naar de alcoholische zwerver ‘Had-je-me-maar’, die echter werd opgepakt wegens dronkenschap en zijn stem nooit heeft kunnen laten horen in de gemeenteraad.
Diezelfde ‘Had-je-me-maar’ veroorzaakte dat leden van de Rapaille Partij door velen werden beschouwd als ‘schorriemorrie’. De Nieuwe Apeldoornsche Courant schreef: “Er zal wel een tijd komen, waarin alle Amsterdammers zich zullen schamen over zulk een misère.” Deze krant zag in “deze vunze volkskeuze in Amsterdam een treurige uiting van ‘het ontzettend diep geestelijk verval van ons volk.’ Niet alleen de hoofdstad was geblameerd, maar het hele land en dat voor het oog van de wereld.”
Op basis van gedetailleerd bronnenonderzoek is de auteur erin geslaagd om een uitgebreide caleidoscoop te schrijven: een zeer levendig beeld van wat er zich in de Nederlandse ‘Roaring Twenties’ op politiek gebied heeft afgespeeld. De vele citaten en voorbeelden geven een grote kracht aan zijn betoog. Het resultaat is een soepel geschreven boek dat voor historisch en politiek geïnteresseerden interessant en vermakelijk is. Een sterke aanrader.
Robin te Slaa (1969) is historicus en auteur. Hij doet al bijna twintig jaar onderzoek naar het fascisme. Samen met Edwin Klijn werkt hij aan een monumentale trilogie over de geschiedenis van de NSB, waarvan de eerste twee delen inmiddels lovend zijn ontvangen door pers en collega-historici zoals Geert Mak. Het boek ‘Wat is fascisme?’ uit 2017 werd geprezen als origineel, diepgravend en toegankelijk. In 2022 verscheen een volledig herziene editie van dit succesvolle boek: ‘Fascisme. Oorsprong en ideologie’.
‘De Rapaille Partijen’ is in mei 2024 verschenen bij Uitgeverij Boom. Het boek heeft in totaal 448 pagina’s, waarvan 410 pagina’s tekst. De overige pagina’s, midden in het boek, zijn pagina’s met foto's, spotprenten, posters en teksten die met de Rapaille Partij te maken hadden en voorzien van verklarende onderschriften. Aan het eind zijn een slotbeschouwing, verantwoording en dankwoord, noten, bronnen, illustratieverantwoording, afkortingen en een namenregister opgenomen.
Het boek kost € 32,90. ISBN: 9789024464227. Het is ook als e-book te koop voor € 24,90. ISBN: 9789024464234.
Illustratie
Omslag van het boek
Alle boekrecensies zijn ook terug te vinden op: www.vlaardingenleest.nl.
Recensie
Wies Groeneveld
Dit is een bijdrage van het recensiecollectief. Lijkt het je leuk om ook een boek te bespreken voor De Vlaardinger (en straks ook voor De Schiedammer Online)? Elk genre is welkom. Mail je recensie dan naar Hans Vrugt, eindredacteur van het collectief: hansvrugt@planet.nl.