De Landwacht was een paramilitaire eenheid die tijdens de Tweede Wereldoorlog in opdracht van de Duitse bezetter als een soort hulppolitie van 1943 tot 1945 functioneerde. De organisatie was gelieerd aan de NSB en had als taak het ondersteunen van de politie bij de handhaving van de openbare orde en de veiligheid van het openbare leven. Over De Landwacht is nu een boek verschenen, geschreven door Paul van de Water. Een belangrijke uitgave, want na de Tweede Wereldoorlog is er nauwelijks onderzoek gedaan naar de rol van deze obscure organisatie.
De Landwacht is opgericht om NSB-leden te beschermen. Die werden in de laatste jaren van de oorlog angstig, omdat het verzet steeds vaker aanslagen op hen pleegde. In de praktijk maakten Landwachters zich op grote schaal schuldig aan diefstal, plundering, afpersing, vernieling, mishandeling, marteling, doodslag en moord. Hoewel ze na de oorlog niet berecht konden worden op basis van ‘het in dienst zijn van een vreemde krijgsmacht’, verschenen de meesten toch voor de rechter.
Na zijn pensionering, geïnspireerd door herinneringen aan de verhalen van zijn vader, heeft Paul van de Water zich vastgebeten in historisch onderzoek, met als resultaat promotie aan de Universiteit van Amsterdam. Twee weken voor zijn promotie werd hem verteld dat hij een ongeneeslijke vorm van alvleesklierkanker had. Drie maanden later overleed hij. Zijn proefschrift, ‘Collaboratie en geweld’, voltooide hij als fellow bij het NIOD, nu het Instituut voor Oorlogs-, Holocaust- en Genocidestudies.
Op basis van zijn proefschrift had hij ook vier publieksboeken geschreven. Een daarvan is ‘De Landwacht’, waarin hij de geschiedenis van deze organisatie uiteen zet. Het draait vooral om de vraag waarom deze organisatie is opgericht. Het boek gaat onder meer over taken, bevoegdheden, gezagsverhoudingen, het functioneren en misstanden. Hoewel de Landwacht bestond uit leden van de NSB, stond in september 1944 niet NSB-leider Mussert, maar SS-politiechef Rauter aan het hoofd, met martelingen en executies tot gevolg.
Van de Water heeft zesentwintig landwachters doorgelicht met gegevens uit verschillende archieven. Hij heeft hun wandaden gereconstrueerd aan de hand van dossiers, verklaringen van daders, slachtoffers en getuigen, rechtbankverslagen, persoonlijkheidsonderzoeken, dagboeken, brieven en enkele gespreken met nabestaanden. In aparte hoofdstukken heeft hij beknopte biografieën van de onderzochte landwachters geschreven, met veel aandacht voor de gepleegde misdrijven en de rechtsgang. Ook gaat hij in op overeenkomsten en verschillen in hun achtergrond, de factoren die van invloed waren op hun gewelddadige optreden en de berechtingen.
De Landwachters in dit onderzoek lijken op een aantal punten sterk op elkaar. De meesten zijn mannen van gewone en vaak armoedige afkomst, meestal laagopgeleid en liefdeloos opgevoed, maar er zat ook een notaris, een arts, een manager van Unilever, een student en een burgemeester bij. Vrijwel niemand was van huis uit religieus of met een andere levensbeschouwing, zoals bijvoorbeeld het communisme, opgevoed. Bij niemand heeft Van de Water aanwijzingen voor crimineel of gewelddadig gedrag gevonden in de vooroorlogse jaren, maar tijdens de bezetting veranderden zij snel in extremistische daders. Zijn conclusie in dagblad ‘Het Parool’: “Deze collaborateurs waren geen krankzinnige monsters, maar opportunisten die hoopten op een beter leven.”
‘De Landwacht’ is een helder geschreven boek, een extra invulling van wat er in de Tweede Wereldoorlog is gebeurd. Een stevige aanrader, niet alleen voor degenen die direct of indirect deze oorlog hebben meegemaakt, maar ook voor iedereen die is geïnteresseerd in deze zwarte periode. En dat zijn er, zo blijkt telkens weer, nog steeds heel veel.
Paul van de Water (1953-2022) promoveerde als ‘buitenpromovendus’ op 7 september 2022 aan de faculteit Geesteswetenschappen van de Universiteit van Amsterdam met onderzoek over extremistische collaborateurs tijdens de bezetting van Nederland van 1940-1945. Het resultaat is zijn dissertatie ‘Collaboratie en geweld’. Naast zijn proefschrift heeft hij vier publieksboeken geschreven, namelijk ‘In dienst van de nazi’s’ (2020), ‘Langs de lijn’ (2021), ‘Foute vrouwen’ (2022), en als laatste ‘De Landwacht’, kort voor zijn overlijden in 2022.
‘De Landwacht’ is op 4 januari 2023 postuum verschenen bij Uitgeverij Omniboek. Het boek heeft 367 pagina’s, inclusief dankwoord, noten, een illustratieverantwoording, een bronnenlijst en een personenregister.
Het boek kost € 29,50. ISBN: 9789401919159. Het is ook als e-book te koop voor € 12,99. ISBN: 9789401919166.
Illustraties:
1. Omslag van het boek
2. Portret van de auteur (© foto: Judith Jansen)
Alle boekrecensies zijn tevens terug te vinden op: www.vlaardingenleest.nl.
Recensie
Wies Groeneveld
Dit is een bijdrage van het recensiecollectief. Lijkt het je leuk om ook een boek te bespreken voor De Vlaardinger? Mail je recensie dan naar Hans Vrugt, eindredacteur van het collectief: hansvrugt@planet.nl.